Bonsai

Wat is Bonsai?

Bonsai moet gerekend worden tot een uiting van kunst, waarbij de bomen in de natuur als voorbeeld worden gebruikt. Op een kunstmatige manier wordt geprobeerd de natuurlijke boom in miniatuurvorm na te maken.

Het woord Bonsai bevat de Japanse woorden bon (= platte schaal) en sai (= boom). In het Nederlands wordt Bonsai aangeduid als Boom in pot.

Bij het kweken van een miniatuurboom in pot gaat het niet alleen om de boomvorm, maar om het hele plaatje. De schaal en soms ook de tafel moeten volledig in harmonie met elkaar zijn.  

Welke boomsoorten zijn geschikt?

In principe zijn alle boomsoorten geschikt. Bonsai is niet een speciale miniboomsoort, maar een gewone loof- of naaldboom. De boom wordt alleen door het toepassen van speciale technieken klein gehouden.

Voor beginners wordt afgeraden om te starten met bomen met grote bladeren of naalden. Deze vragen net wat meer aandacht en kunnen beter worden gebruikt als er meer ervaring aanwezig is.

De meeste Bonsailiefhebbers vinden het werken met inheemse boomsoorten het prettigst. Deze kunnen namelijk het grootste gedeelte van het jaar gewoon buiten staan en hoeven alleen bij strenge en aanhoudende vorst naar binnen worden gehaald.

Maar de tuincentra bieden op de kamerplantenafdeling ook Bonsai´s aan voor binnen. Deze hebben voor de leek vaak alle kenmerken van een echte Bonsai. Maar meestal gaat het hier om commerciële opkweek vanuit het verre oosten, waarbij de echte verfijnde vorming van de boom ontbreekt. Het valt niet mee om dit soort, vaak vrij prijzige, aankopen goed te verzorgen. Door het vervoer, de vele wisselende omstandigheden en de onervarenheid van de eigenaar krijgt de Bonsai het erg moeilijk.

Een Bonsai, zowel voor binnen als voor buiten, vraagt dagelijks om aandacht en verzorging. Het is belangrijk dat met de eigen levensbehoeften en natuurlijke omstandigheden van de boom zoveel mogelijk rekening wordt gehouden. Daarnaast zijn er door het toepassen van de speciale Bonsaitechniek nieuwe behoeften aan toegevoegd. Ten opzichte van de gewone, natuurlijke omstandigheden beschikt de boom nu immers over veel minder grond en wordt hij kunstmatig in een bepaalde vorm gekweekt.

Technieken

Bij de opkweek van een Bonsaiboom worden verschillende technieken toegepast. Denk hierbij aan snoeien, bedraden en spannen van de takken. Deze technieken zijn belangrijk voor het verkrijgen van de juiste vorm van de boom. Vooral een jonge boom vraagt veel aandacht. Het is belangrijk om goed naar de natuurlijke vorm van de boom te kijken. Alleen hierdoor kan een goed eindresultaat bereikt worden.

Om de natuurlijke omstandigheden van de bomen zoveel mogelijk na te bootsen wordt Bonsai in groepen of vrijstaand gekweekt.

Een vrijstaande Bonsai wordt rechtopgaand, hangend (Cascade), met een hellende stam of met veel takken ontspringend vanaf dezelfde plaats (bezem) gevormd.

Voor meerdere bomen of een bos wordt gekozen voor meer stammen. Hierbij wordt de voorkeur gegeven aan een oneven aantal, omdat dit meer harmonie in zich heeft.

Aardbeien

De Aardbei (Fragaria Vesca)

Fragaria vesca behoort tot de rozenfamilie. Deze relatie uit zich nog het duidelijkst in de vorm van de bloem. De bloem van de aardbei lijkt nog het meest op de bloeiwijze van de meidoorn (Crataegus). Als de bloem is bestoven, dan verdikt de bloembodem zich en wordt de vrucht gevormd. De meeste vruchten dragen de zaden binnen in zich. De zaden van de aardbei bevinden zich aan de buitenkant van de vrucht, namelijk die duidelijk zichtbare gele puntjes. De vrucht van de aardbei bestaat voornamelijk uit water en suikers.

Aardbeien aanplanten in eigen tuin

Wie aardbeien wil oogsten uit eigen tuin, kan daar op drie verschillende manieren mee starten:

  1. Ze kunnen helemaal zelf opgekweekt worden vanuit zaad. De beste periode om aardbeien te zaaien is juni. Dan is de grond goed warm en zijn de buitentemperaturen ook gunstig.
  2. Gekochte jonge aardbeienplanten kunnen het beste vanaf eind augustus tot begin oktober geplant worden. In deze periode is het al iets koeler en zijn vooral de nachten vochtig. Voor nieuwe planten zijn dit de ideale omstandigheden om goed aan te slaan.
  3. Als u iemand in uw eigen omgeving kent die in het bezit is van aardbeienplanten, dan kunt u vragen of u daar stekjes van mag hebben. Aardbeienplanten zorgen zelf namelijk zeer makkelijk en royaal voor nakomelingen. Aan de moederplant verschijnen lange ranken met jonge plantjes. Als de ranken op de grond liggen, dan wortelen deze jonge plantjes vanzelf. Al die jonge plantjes vormen weer nieuwe volwaardige aardbeienplanten.

Heeft u eenmaal zelf aardbeienplanten in de tuin, dan bent u door die eenvoudige wijze van voortplanten altijd verzekerd van eigen nieuwe aardbeienplanten. Vervang de moederplanten om de 3 à 4 jaar door gezonde jonge exemplaren.

Voorbereiden van de grond

Aardbeien worden in de volksmond ook wel zomerkoninkjes genoemd. Het zijn zonnige zomervruchten en dit geeft ook gelijk de beste standplaats aan: Plaats de aardbeienplanten altijd in de volle zon.

Voordat de aardbeien worden aangeplant, moet de grond goed losgemaakt en fijngeharkt worden. Werk daarna oude verteerde stalmest, vermengd met wat turfmolm, door de grond. De onderlinge afstand moet ongeveer 25-30 centimeter bedragen.

Verschillende aardbeienrassen

Vroegdragende aardbeien zijn bijvoorbeeld Fragaria “Gorella” of Fragaria “Regina”. Dit zijn allebei goede en sappige soorten.

Voor wie lang van de aardbeienoogst wil genieten, zijn er ook de zogenaamde doordragende soorten. Deze soorten geven vruchten vanaf juli tot aan oktober. Bekende doordragende aardbeien zijn “Ostara” en “Rabunda”.

Hebt u geen tuin, maar wel een balkon of terras? Dan is er ook nog de doordragende hangaardbei met de toepasselijke naam “Roter Regen”.